Randvoorwaarden
Elke gemeente – groot of klein – kan te maken krijgen met een vorm van radicalisering en extremisme. Maar het zelf opbouwen en onderhouden van de benodigde expertise is tijdrovend en vergt capaciteit. De sleutel is (regionale) samenwerking om te komen tot een netwerk vol expertise.
Samenwerking met Zorg- en Veiligheidshuizen
Gemeenten werken samen met regionale Zorg- en Veiligheidshuizen voor persoonsgerichte aanpakken van zogeheten ‘multiproblematiek’. In een Zorg- en Veiligheidshuis werken justitiepartners, zorgpartners en gemeenten structureel samen op verschillende thema’s, zoals personen met onbegrepen/verward gedrag, geweld in afhankelijkheidsrelaties en radicalisering.
Voor de persoonsgerichte aanpak (PGA) maakt het merendeel van de gemeenten gebruik van de expertise van het regionale Zorg- en Veiligheidshuis. De gemeente blijft regievoerder van de aanpak en het Zorg- en Veiligheidshuis verzorgt de procesregie. Dit betekent in de meeste gevallen dat het Zorg- en Veiligheidshuis de voorzittersrol vervullen in het casusoverleg, de verslaglegging verzorgen in de vorm van een integraal plan van aanpak en de juiste partners aan tafel brengen. Naast deze uitvoerende taken is het Zorg- en Veiligheidshuis ook een regionaal expertise centrum voor het onderwerp radicalisering en beschikt het over getrainde procesregisseurs.
Regionale Samenwerking
Naast samenwerking met het Zorg- en Veiligheidshuis zijn er diverse voorbeelden van regionale samenwerkingsverbanden om gezamenlijk te kunnen beschikken over de juiste expertise, gezamenlijk beleid op te stellen en uitvoering te geven aan dit beleid. Hierna volgen vier voorbeelden van samenwerkingen:
1. Noord Holland-Veilig
Vanaf 2019 werken lokale professionals binnen de regionale Eenheid Noord-Holland samen op geprioriteerde veiligheidsthema’s. Het Integraal Meerjarenbeleidsplan Veiligheid Noord-Holland 2024 - 2027 vormt het gezamenlijke beleidskader voor integrale veiligheid. Het beschrijft op hoofdlijnen de regionale doelen en resultaten van de veiligheidspartners in de Regionale Eenheid Noord-Holland. De vier geprioriteerde regionale veiligheidsthema’s in Noord-Holland zijn: Ondermijning, Cybercrime en gedigitaliseerde criminaliteit, Maatschappelijke onrust en radicalisering, en Jeugd en Veiligheid.
Met dit Meerjarenbeleidsplan committeren 32 gemeenten, het Openbaar Ministerie (OM) en Regionale Eenheid Noord-Holland zich aan de afgesproken veiligheidsprioriteiten en spreken zij af hoe ze, vanuit ieders eigen rol en taak, samenwerken aan een veilig en leefbaar Noord-Holland.
2. Provinciale samenwerking met bestuurlijk portefeuillehouder Contraterrorisme, Extremisme en Radicalisering (CTER)
De provincie Limburg werkt op provinciaal niveau aan de aanpak van radicalisering, extremisme en terrorisme. In het Regionaal Bestuurlijk Overleg is de burgemeester van Roermond bestuurlijk portefeuillehouder voor dit onderwerp.
Er is een zes wekelijks overleg waar alle Limburgse partners aansluiten, en waar de belangrijkste zaken worden besproken (o.a. landelijke producten, actualiteiten). Het wegen van nieuwe casuïstiek voor het casusoverleg wordt provinciaal gefaciliteerd, waarbij de regievoering bij de gemeenten blijft. Bovendien zijn er verschillende thema-werkgroepen, waaronder een werkgroep die de Limburgse themadag organiseert en een werkgroep die zich bezighoudt met het organiseren van de kennis en vaardigheden op provinciaal niveau.
3. Veiligheidsalliantie regio Rotterdam (VAR)
De VAR, een samenwerkingsverband van 23 gemeenten, de politie en het Openbaar Ministerie binnen de regionale Eenheid Rotterdam, functioneert als platform om kennis en ervaring te delen. Daarnaast ondersteunt de VAR regionale samenwerking tussen partners door actief te signaleren, agenderen, initiëren en verbinden. Daarbij houdt de VAR oog voor de diversiteit van de (lokale) veiligheidsproblematiek in de regio. De VAR ondersteunt de gemeenten binnen de Regionale Eenheid Rotterdam op verschillende thema’s, waaronder het thema Maatschappelijke ongenoegen (polarisatie, radicalisering en extremisme, online aangejaagde ordeverstoringen en statelijke dreigingen).
De VAR zet onder andere in op: versterking van de regionale samenwerking op het thema radicalisering en extremisme en borging van de aanpak; het doorontwikkelen van de lokale aanpak naar aanleiding van nieuwe trends en ontwikkelen; de coördinatie van de aanvraag van de versterkingsgelden; het ontwikkelen van handleidingen en factsheets; en het ondersteunen van regiogemeenten door middel van maatwerk.
4. Regionaal coördinator/adviseur
In verschillende regio’s – waaronder Oost Nederland en Noord Nederland – zijn regionale adviseurs werkzaam die gespecialiseerd zijn op het thema radicalisering, extremisme en terrorisme. Zij verbinden verschillende gemeenten en alle andere betrokken partners in een regio met elkaar op dit thema. Zij ondersteunen gemeenten bijvoorbeeld in het opzetten van een signaleringsstructuur en het invullen van de persoonsgerichte aanpak. Ook kunnen zij meedenken over de preventieve inzet. Daarnaast bekleden zij een regionaal coördinerende rol in het toewijzen en organiseren van ROR-trainingen en het organiseren van kennisuitwisseling onder regionale en lokale professionals. In diverse regio´s wordt deze functionaris gefinancierd vanuit versterkingsgelden, geadviseerd wordt om regionaal structurele financiering vrij te maken, vanwege het incidentele karakter van de versterkingsgelden. Regionale samenwerking met behulp van een regionale coördinator werkt in regio’s waarin de lokale aanpak zich nog in een opbouwende fase bevindt, maar ook in regio´s waar een impuls gegeven kan worden aan regionale samenwerking.
Wetgeving
Grondslagen gegevensdeling en Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
Voor een effectieve lokale aanpak – specifiek in de fase van de persoonsgerichte aanpak – is het uitwisselen van informatie en gegevens nodig. Bij de toepassing hiervan gelden altijd de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. Dit betekent dat de inzet van een bevoegdheid gerechtvaardigd moet zijn voor het beoogde doel. Dit doel moet niet met minder vergaande middelen te bereiken zijn. Daarnaast moet er in de uitvoering van taken ook altijd rekening gehouden worden met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
De NCTV adviseert om bij het inzetten en uitvoeren van activiteiten in het kader van de lokale aanpak in nauw contact te staan en blijven met de privacyfunctionaris van de gemeente. Goede verslaglegging en beargumentering van de werkwijze is van groot belang. Dit zorgt ervoor dat activiteiten binnen de juiste juridische kaders worden uitgevoerd, navolgbaar zijn en dat hierover gemakkelijker verantwoording kan worden afgelegd.
Informatie delen Informatie delen tussen relevante ketenpartners is essentieel om vanuit een zo volledig mogelijk beeld de benodigde maatregelen te kunnen treffen. Uit de praktijk blijkt dat relevante informatie vanuit de verschillende domeinen (zorg, veiligheid en sociaal) niet in alle gevallen kan worden gedeeld. Ook is uit eerdere casuïstiek achteraf gebleken dat er wel signalen waren bij verschillende partners, maar dat deze niet tijdig in een breder verband zijn gebracht. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn, bijvoorbeeld door juridische beperkingen in informatiedeling of omdat partijen niet op de hoogte zijn van elkaars eventuele interventiemogelijkheden. Suggesties voor informatie delen binnen het casusoverleg:
|
Wetsvoorstel Wet gegevensverwerking Persoonsgerichte aanpak radicalisering en extremisme
De wet PGA verstevigt de wettelijke basis onder de inspanningen van het lokaal bestuur ter voorkoming en bestrijding van radicalisering en terroristische activiteiten. Het gaat daarbij in het bijzonder om een wettelijke taak en wettelijke mogelijkheid voor de burgemeester: het organiseren van casusoverleggen waarin de aanpak van radicaliserende of geradicaliseerde personen kan worden besproken. Het wetsvoorstel heeft tot gevolg dat er een structuur dient te zijn voor (casus)overleg indien zich gevallen van signalen van radicalisering voordoen. In aansluiting hierop voorziet het wetsvoorstel in heldere grondslagen voor gegevensuitwisseling door de partijen die deelnemen aan de genoemde casusoverleggen.
Wet coördinatie Terrorismebestrijding en Nationale Veiligheid
De lokaal adviseur van de NCTV kan in specifieke gevallen betrokken worden bij het lokale casusoverleg voor advies over beleidsmaatregelen en verbeteringen van de lokale aanpak. De lokaal adviseurs kunnen aansluiten op basis van de Wet coördinatie Terrorismebestrijding en Nationale Veiligheid. De lokaal adviseurs kunnen aansluiten als incidentele partner, ten behoeve van bevorderen ketensamenwerking, beleidsmatige ondersteuning en adviseren over bestuurlijke maatregelen.
Financiën: Versterkingsgelden
Jaarlijks stelt het Rijk impuls gelden beschikbaar voor de lokale integrale aanpak van radicalisering, extremisme en terrorisme via de versterkingsgelden. Vanwege het niet structurele karakter van deze versterkingsgelden is het aan te raden om eigen gemeentelijke of regionale middelen te reserveren voor de lokale aanpak.
Gemeenten worden jaarlijks uitgenodigd om versterkingsgelden aan te vragen bij de NCTV en kunnen deze na toekenning gebruiken voor bijvoorbeeld het opbouwen van signaleringsstructuren, (regionale) samenwerkingsverbanden, het (laten) uitvoeren van regionale dreigingsanalyses, of de inzet van gerichte preventieve projecten. Ook kan de gemeente trainingsbudget aanvragen dat ingezet kan worden bij het Rijksopleidingsinstituut voor tegengaan Radicalisering (ROR). Voor vragen over de versterkingsgelden kunt u contact opnemen met de NCTV.
Bestuurlijk draagvlak
Bestuurders vervullen een belangrijke rol in de verbinding met inwoners en kunnen in aanraking komen met mensen die vanuit extremistisch gedachtegoed hun ongenoegen of zorgen uiten over bijvoorbeeld mede-inwoners of overheidsbeleid. Het is daarom belangrijk om bestuurders mee te nemen in de diverse uitingsvormen van extremisme, zodat zij hier op een adequate manier op kunnen reageren. Daarnaast zorgt kennis over de fenomenen voor meer urgentiebesef en draagvlak binnen de gemeente om de gemeentelijke rol op dit thema te vervullen en beschikbare capaciteit te waarborgen. Een fenomeenanalyse – zoals in Noord-Nederland – laat zien wat er in de regio speelt, en het ondersteunt bij het creëren van urgentiebesef.
Omdat de lokale aanpak om integrale samenwerking vraagt, is het van belang om ook draagvlak te creëren bij wethouders binnen de eigen gemeente en de gehele regio. De positionering van radicalisering als breder thema dan alleen binnen de veiligheidscontext, en het regelmatig onder de aandacht brengen van activiteiten en ontwikkelingen op dit vlak, zorgt ervoor dat er een breder gevoel van eigenaarschap ontstaat.
Het kan hierbij helpend zijn om ondersteuning te vragen van de lokaal adviseur van de NCTV in het agenderen en adresseren van het onderwerp bij het bestuur.
Veiligheid van eigen medewerkers
In het beleid van de lokale aanpak moet aandacht zijn voor de veiligheid van de eigen medewerkers. De laatste jaren is gebleken dat lokale professionals ook slachtoffer kunnen worden van doxing, intimidatie en bedreigingen. Het is daarom belangrijk dat medewerkers weten hoe zijn hun persoonsgegevens beschermen, wanneer zij in contact staan met mogelijk geradicaliseerde personen. Zo heeft de gemeente Den Haag een veiligheidsprotocol voor medewerkers opgesteld. Denk hierbij aan het gebruik van een algemene mailbox, geen persoonsgegevens van ambtenaren in openbare stukken en brieven, en gebruik bij officiële documentatie zoals een aangifte de gegevens van de werkgever.
Online
Radicalisering, extremisme en terrorisme manifesteren zich steeds sterker online, en de online wereld is daarmee een wezenlijk onderdeel van de lokale aanpak. De mogelijkheden in de offline wereld om te signaleren, te wegen en te interveniëren zijn op dit moment niet op eenzelfde manier inzetbaar online. Er zijn echter nog veel vragen hoe dit in te vullen en wat de bevoegdheden zijn.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en het ministerie van Justitie en Veiligheid publiceerden in 2023 de handreiking ‘Online onderzoek door gemeenten’. Deze handreiking maakt duidelijk wat wel en niet juridisch mogelijk is in het uitvoeren van online onderzoek en hoe gemeenten de werkwijze rondom online onderzoek kunnen implementeren en vastleggen. De VNG heeft samen met Noord Holland Veilig in mei 2024 een protocol gepubliceerd over online onderzoek bij het beschermen of herstellen van de openbare orde en veiligheid.
Deze handreiking en protocol heeft geen betrekking op het vormgeven van het online deel van de lokale aanpak tegengaan radicalisering, extremisme en terrorisme. Hieraan wordt gewerkt, onder andere door de NCTV, door middel van de Versterkte Aanpak Online (VAO).
Daarnaast werken verschillende ketenpartners op dit moment al aan de lokale aanpak in het online domein:
- De politie speelt een belangrijke rol in het signaleren van online radicalisering, gebruikmakend van hun eigen wettelijke taak en bevoegdheden zoals opsporing;
- Er zijn preventieve interventies gericht op het verhogen van mediawijsheid en het vergroten van weerbaarheid tegen extremistische online content;
- Lesprogramma’s die bijdragen aan het versterken van online weerbaarheid van jongeren tegen radicalisering en het leren herkennen van manipulatieve processen, zoals rekrutering;
- Lokale initiatieven die kennisontwikkeling stimuleren, zoals de Utrechtse online coalitie en het Living Lab in het regiosamenwerkingsverband Noord-Nederland;
- Online jongerenwerkers die via sociale mediaplatformen in contact staan met jongeren;
- Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ondersteunt (jeugd)professionals en gemeenten bij het betrekken van en het werken in de online leefwereld;
- Een laagdrempelige anonieme chatfunctie van het LSE voor burgers en professionals. Deze chatfunctie biedt advies en handelingsperspectieven bij extremisme en radicalisering.
Lees verder
Vragen?
Heeft u vragen of wilt u meer informatie? Mail dan naar pls@minjenv.nl.